EXTRA STRAK nu te koop

Dubbeldik, barstensvol kleur en sterke verhalen, Extra Strak is nu uit!
Op je deurmat krijgen?

1.Mail ons op redactie (apenstaartje) straktijdschrift.nl met de tekst ‘Ja, ik wil!’ en welk nummer u wilt ontvangen
2. Schrijf ook uw adres erbij
3. Maak het bedrag over op rekening iban NL19 INGB 0755849868 t.n.v. E Tromp en J Aalbers
4. En wij doen de rest!

Posted in Strak#6 | Reageren uitgeschakeld

Presentatie EXTRA STRAK

31 oktober presenteert literair tijdschrift Strak haar samenwerking met Bas Kosters EXTRA KAK.
Twee onafhankelijke tijdschriften die eenmalig samenwerken voor een gelimiteerde Halloween-editie.
Een unieke ode aan horror door de twee meest eigenwijze tijdschriften van dit moment.

Echte horror is even hysterisch als realistisch.
Even beangstigend als hilarisch.
In echte horror is alles mogelijk.
Horror is een ode aan vrijheid.

Dit wordt gepresenteerd met voordrachten, performances, muziek, naaktmodellen en knakworsten in de Margreeth Olsthoorn-winkel.

Datum: 31 oktober
Tijd: 18.00-22.00
Locatie: Margreeth Olsthoorn-winkel, Schilderstraat 5, Rotterdam
Entree: 10,- inclusief 2 Warsteiner en tijdschrift

Beste kostuum wint een prijs.

Posted in Strak#6 | Tagged , , , | Reageren uitgeschakeld

Koffiefestival voordracht 3: Basia Dainowicz

Hallo iedereen,

Mijn naam is Basia en ik ga met jullie praten over koffie.

Ik hou wel van koffie! Ik drink het elke dag, want ik heb een ochtendhumeur waar Maarten van Rossum van zou beginnen te huilen. Zonder koffie kom ik nergens, zonder koffie zou ik als een droge korst op de grond liggen rotten, en zou ik nooit een vriendschap behouden of een leuke knul binnenhalen. Als ik buiten de deur koffiedrink, is dat tegenwoordig altijd een Flat White, want ja, die is me nu eenmaal op het lijf geschreven.

Koffie en ik gaan dus bijzonder goed samen, maar ik had nooit verwacht dat ik er een voordracht over zou houden. Koffie is hier in Nederland een ontzettend raar en bijzonder fenomeen. Het betekent veel voor mensen, maar is toch niet iets waar ze actief op reflecteren. Koffie hoort er gewoon bij. Ik, als onschuldige allochtoon, kan me toch ook wel verbazen over hoe groot de rol is die koffie speelt. Een koffiefestival, bijvoorbeeld, dat zie je in Polen echt niet. Ik denk misschien eerder een takken-langs-de-weg-slepen-festival op het platteland, maar ik weet het niet zeker hoor, ik heb af en toe de neiging om te overdrijven.

Verreweg de meeste mensen die me ontmoeten hebben geen idee dat ik eigenlijk niet in Nederland geboren ben. Dat is ook niet zo raar: ik ben toen ik twee was, en de Berlijnse muur viel, door mijn moeder in een bus gepakt (ja echt, in een busje) en naar Nederland verhuisd. Ik ben hier dus gewoon opgegroeid, praktisch een Nederlander. Mijn Pools is erg slecht, ik heb Nederlands gestudeerd en als Oranje speelt flip ik volledig. Toch zijn er momenten waarop ik me verbaas over culturele verschillen, ook al is Polen maar een heel klein eindje weg.

Ik vermoedde dus dat er een zeer intense band is tussen Nederlanders en koffie, en ik ging op onderzoek uit. Op onverwachte momenten heb ik vrienden vastgepakt en geroepen: “WAT BETEKENT KOFFIE VOOR JE?! NU ZEGGEN!” In eerste instantie waren alle reacties hetzelfde: “Wat doe je, hou op, laat me los,” maar toen moest er echt even nagedacht worden.

Eén goede vriendin antwoordde: “Ligt er aan met wie…” en wou er verder niets over zeggen. Ze bleef met twinkelende ogen in de verte staren.

Een tweede vriendin durfde er wel over uit te weiden, en hoe! Ze zei dat koffie een bemoediging kan zijn voor jezelf of voor iemand anders. Koffie is lief, koffie is onverschillig, koffie is zorgzaam en warm. Heel puur eigenlijk. Ze besloot met: “Koffie is zo bitter, dat de rest minder bitter lijkt.”

Weer iemand anders vertrouwde me toe dat als je een Tinderdate hebt, en koffie voorstelt, dit code is voor bier en seks. Doe daar mee wat jullie willen! Ik ben in elk geval al eens van een koude kermis thuisgekomen.

Nog een vriendin moest echt heel lang nadenken, en zei toen: “Een start… een doorstart…. En natuurlijk een ongelooflijk laxerende werking.”

Ze werkt als bedrijfsleider in een proeflokaal van een bierbrouwerij, en omdat daar geen pauzes zijn is het momentje dat iemand “Koffie?” roept heel speciaal. Niemand schenkt alleen voor zichzelf koffie in. Heel zorgvuldig wordt iedereen langsgegaan en een zwarte bittere vieze koffie in de handen gedrukt. Ze kijken elkaar daarbij diep in de ogen. Op deze manier worden ze een hechte groep die samen de strijd aangaat, en die zichzelf in een emotioneel harnas wringt.

Mijn huisgenoot drinkt geen koffie, en hij lust het niet. Hij vertelde dat dit heel lastig is, hij zich een sociale paria voelt, heel weinig vrienden had op de universiteit, dat relaties erop zijn stukgelopen en dat hij is afgewezen tijdens sollicitatiegesprekken toen hij geen kopje koffie aannam.

Wie had dat nou kunnen vermoeden? De liefde voor koffie gaat dieper dan ik ooit had durven dromen.

Ik belde mijn moeder, want ik wou haar deze vraag stellen en kijken hoe ze zou reageren.

“Mama, wat betekent koffie voor jou?”
- “Koffie? Koffie is toch gewoon drinken?”
“Ja, maar voel je daar iets bij?”
- “Wat zou ik in godsnaam bij moeten voelen? Kind doe normaal.”

Mijn moeder heeft geen band met koffie behalve dat ze het gewoon drinkt (ongeveer 9 koppen per dag). Dingen zijn nu anders, maar in het communistisch Polen was koffie echt helemaal niks anders dan wat hier en nu een blikje Red Bull is.

In Polen dronk men thee met elkaar. Koffie dronk je alleen. Er waren alleen koffiebonen te verkrijgen die men thuis met een handmolentje maalde. Vervolgens deed je je koffie in een glas en goot je er kokend water bij. 5 minuutjes laten staan, neus dicht, opdrinken, aan het werk als een brave arbeider. Soms waren er geen koffiebonen, of moest je er 5 uur voor in de rij staan, en dan was dat maar pech.

Deze onverschilligheid tegenover het fenomeen koffie heeft mijn gezin in eerste instantie meegenomen in Nederland. Desondanks hebben wij samen alle zeilen bijgezet om te integreren. Wij zijn lang het zielige allochtone gezin geweest zonder auto, diep in de Achterhoek, maar hebben heel erg ons best gedaan te begrijpen hoe je je als een goede gast gedraagt. Als wij iets zijn, dan is het wel netjes en beschaafd (godverdomme).

Ik was verplicht Villa Achterwerk te kijken, beschuit te proberen, we hebben gekeken of we washandjes konden integreren in ons dagelijks wasritueel (dit is niet gelukt), we hebben lang geoefend op het verschil tussen die en dat, en dan en als. Ik heb rosbief, filet americain en brie geïntroduceerd in het gezin, en we vonden het echt heel lekker. Wij moeten en zullen opgaan in de massa!

Echte integratie is dan ook het hebben van Nederlandse vriendjes. Ik heb er ontzettend veel door geleerd. Zo was ik toen ik een jaar of 20 was, aan het kamperen in België! Ik heb heel trots geholpen om een tent op te zetten, en geleerd dat De Waard tenten superieur zijn, ik heb een autoband verwisseld en gekeken naar een pannetje water dat maar niet ging koken.

Toen kwam daar een percolator tevoorschijn! Ik deed alsof ik niet onder de indruk was, maar ik had echt nog nooit zo’n ding gezien. Ik heb nauw bestudeerd hoe het allemaal in zijn werking ging. De koffie was heel lekker maar ik was vooral verkocht door het ritueel.

Zodra ik thuis was kocht ik er een (hij prijkt nog steeds op mijn aanrecht als mijn steun en toeverlaat), en heb het vol trots gepresenteerd aan mijn moedertje. “Kamperende Nederlanders gebruiken dit, mama!” Ze droeg me onmiddellijk op om er ook twee voor mijn broertjes te kopen, zodat die niet achter zouden blijven. Zo leren wij elke dag bij. En in ruil leren wij onze Nederlandse vrienden hoe je vlees moet hameren met een vleeshamer, en dat je niet te veel brood en aardappel moet eten als je wodka drinkt, en dat slapen zonder ondergoed heel bevrijdend kan zijn.

Het ultieme integratiemoment kwam niet toen ik acht was, en we een Nederlands paspoort kregen. Nee. Ik zat in de burgklas geloof ik, en ik kwam met een grote rugtas thuis, bezweet van het fietsen. Mijn moeder opende de deur, en zei: “Nu is het gelukt, we horen erbij.” Op het aanrecht stond… een Senseo Crema apparaat. Precies een zoals bij al onze buren. Ze had de hele dag in de buursuper bij de koffiepads gestaan zodat iedereen haar zou zien. Ze konden nu niet meer om ons heen.

Ik weet niet zo goed wat ik hiermee probeer te zeggen. Ik wil niet per se zeggen dat integratie van twee kanten komt, hoewel ik dat wel geloof. Ik wil niet per se alle verschillen benadrukken, maar ik vind verschillen wel echt heel erg leuk, daarom woon ik ook zo graag in Rotterdam. Wat ik gewoon wil, is horen hoe het er bij jullie aan toe gaat. Spreek me aan, vertel me over je leven en over je rare gewoonten, we hebben ze allemaal. Laten we het lekker Hollands gezellig maken.

Basia Dajnowicz (1988) is een freelance tekst- en tekenmachine. Na gewoond te hebben in de Achterhoek, Arnhem (voor de kunstacademie) en Antwerpen (voor een studie Nederlandse en Engelse taal en letterkunde) werd het hoog tijd om de alliteratie te verbreken en is ze sinds september 2014 een uiterst tevreden inwoner van Rotterdam. Stop met googelen, want dit was het.

Posted in jong talent, koffiefestival | Tagged , , , , | Reageren uitgeschakeld

Voordracht 2 Koffiefestival Rotterdam

Koffiepauze! Lees hier het verhaal van Isidora Penning de Vries

De laatste van vijfhonderd zakjes instantkoffie

Het is nu 14 uur geleden dat mevrouw Ammerlaan voor het laatst koffie heeft gedronken. Vanmorgen is ze onder het hek van de verlaten diergaarde gekropen en met stramme benen tree voor tree naar het uitkijkpunt geklommen. ‘Zonde’ dacht ze terwijl ze langs lege hokken schuifelde, ‘Zonde, dat alle leuke dingen in het leven verboden worden’

Wanneer hadden ze koffie ook alweer verboden? Het begon in de jaren ’20, met gescheiden machines voor thee en koffie op het kantoor waar ze werkte. Haar vrienden waren gestopt toen op Facebook een bericht rondging met de titel ’10 redenen om NU met koffie te stoppen’. Er kwamen apps die bijhielden hoeveel je bespaarde als je niet meer zou drinken, hoeveel langer je zou leven. Op vine plaatsten mensen filmpjes van zichzelf terwijl zij liters door de gootsteen spoelden. Koffie was definitief uit de mode en de politiek volgde met wetten die de overlast moesten beperken. Vanaf januari 2031 mocht koffie niet meer binnen gedronken worden.

‘Mij hebben ze er niet mee’, dacht mevrouw Ammerlaan toen. ‘Door ons naar buiten te jagen, wordt het alleen maar gezelliger.’ Terwijl binnen gesprekken stilvielen als de koffiedrinkers met hun kopje naar buiten trokken, was het op de stoepen van cafés en restaurants juist een gedrang en gelach. ‘We lachten het leven toe, en we voelden ons fantastisch’ mijmerde ze.

Het werd pas moeilijk toen de EU alle import verbood. De koffiedrinkers verdrongen zich in de supermarkten om de laatste pakken in te slaan. Mevrouw Ammerlaan wist de hand te leggen op een lading ongemalen bonen bij de Sligro en vijfhonderd zakjes instantkoffie. De prijs op de zwarte markt steeg naar vijftig euro per kilo – alleen betaalbaar voor de superrijken. Mevrouw Ammerlaan berekende dat ze genoeg voorraad had voor 23 jaar, als ze vijf koppen per dag zou drinken en dat zou aanvullen met instantkoffie op verjaardagen.

‘Koffie was toen zo normaal’, dacht mevrouw Ammerlaan. Het was overal om haar heen geweest toen ze opgroeide. Haar ouders dronken allebei en er stonden overal lege koffiekopjes in het huis, met onderin een drab die opdroogde tot een moeilijk af te wassen patroon van bruine lijnen. Opgedroogd olifantenbloed, dacht ze terwijl de de kopjes boende.

Toen het nieuwe olifantenverblijf in Blijdorp net was geopend, waren zij en haar zus naar boven geklommen. Gillend schoten ze tussen de benen van mensen door, tot de kleine mevrouw Ammerlaan in een plas donkere bruinrode vloeistof stapte. ‘Olifantenbloed’ siste haar zus haar geheimzinnig toe. Ze bleef staren naar de donkere poel. ‘De oppassers’ dacht ze ‘ die hebben hier een waanzinnig ritueel met de olifanten uitgevoerd.’ Ze zag zwepende oppassers voor zich, die diepe wonden sloegen in de olifantenhuid en geniepige bewakers die een babyolifant aan stukken sneden en na hun manische daad vergaten de plas bloed op te ruimen.

Ergens rond haar negende, bedacht ze zich dat het olifantenbloed ook iets anders zou kunnen zijn. Ze geloofde inmiddels lang niet meer alles wat haar zus haar zei. Het kon ook zo zijn dat iemand koffie had gemorst, dat in een kuiltje op dat uitzichtpunt was blijven liggen. Ze twijfelde lang. Het verhaal van de olifanten had grote indruk gemaakt en vorig jaar had ze nog een spreekbeurt over olifantenstropers gehouden. Aan de andere kant: gemorste koffie klonk als een simpele en elegante verklaring. Ze goot thuis een kan leeg op de vloer en probeerde zich te herinneren of het leek op wat ze in de dierentuin gezien had. Hoe langer ze hierover peinsde hoe mee koffie en olifantenbloed voor haar hetzelfde waren geworden.

Haar zus had de thee met melk allang omgeruild voor koffie en haar broertje begon de koude restjes uit de kopjes in het huis te drinken. In die tijd geen reden voor alarm. Nu zouden mensen dat onverantwoord vinden, maar haar ouders vonden het prima. Hij was wel jong, vijf jaar, om koffie te drinken, maar als hij dat nou gewoon lekker vond? zeiden haar ouders. Hartritmestoornissen en slapeloze nachten – dat werd toen voor lief genomen.

De eerste keer dat ze koffie dronk was ze twintig. Ze werkte in een boekwinkel. Dit was jaren voordat boeken en typemachines weer hip werden. Vier medewerkers stonden te wachten op een klant, terwijl mevrouw Ammerlaan stond te bedenken hoe ze de aandacht kon trekken van haar collega David. David was in zijn vrije tijd fotograaf. ‘Nee, David was fotograaf en deed dit baantje ernaast’ corrigeerde mevrouw Ammerlaan zichzelf. David liep op slippers, ook als het buiten veel te koud was.

Op een ijskoude dag, terwijl de boeken vastvroren aan de planken, had een collega een tweede koffiekwartiertje ingeluid, hoewel het nog maar kwart over negen was. ‘Wil je ook een bakkie’’ vroeg hij, hoewel hij wist wie wat dronk en al thee voor haar had ingeschonken. David kwam binnenzwieren. Oh fantastische David, had mevrouw Ammerlaan gedacht, David met die dag een dun, rood shirt met diepe v-hals aan. Zo diep dat ze zijn borsthaar kon zien en zo dun dat ze een tepel door de stof zag priemen.

‘Wat ongezellig,’ zei David. ‘Wat?’, bibberde mevrouw Ammerlaan. ‘ Nou gewoon, iedereen neemt koffie en dan drink jij thee. Gewoon ongezellig.’ Hier had ze niet van terug. Ze had altijd gedacht dat het niet uitmaakte wat je dronk, als iedereen maar met een warme drank de tijd stond te doden en te wachten tot het vijf uur was.
Mevrouw Ammerlaan bedacht zich hoe het op David overkwam, dat zij nooit geld inlegde voor nieuwe koffie, nooit aanbood een pot te zetten, nooit deelde in de stress en humeurigheid als de koffie op bleek te zijn. Natuurlijk was dat ongezellig. Ze besloot de volgende keer ook koffie te nemen.

Tussen haar en David is het nooit wat geworden. De cafeïne opende haar ogen, eindelijk, en ze zag dat hij altijd flirtte met Joris en nooit naar meisjes keek. Ze kocht gemalen koffie en filters en ging thuis aan de slag. Al snel merkte ze dat haar interesse in haar buurvrouw Rentae, meer betekende dan zij als theedrinkers had vermoed.

Gezien haar aversie tegen koffie als kind, was het opvallend hoe snel het onderdeel van haar leven was geworden. Koffie was voor haar een geschenk uit de hemel. Ze begreep nu wat leven was. Ze deed nu mee met haar huisgenoten die katerig uit bed stapten en vol eerbied de koffiepot rond lieten gaan. Doordat ze niet meer al haar dagen peinzen en twijfelend doorbracht, had ze tijd om bij vrienden op de koffie te gaan, voor koffiedates met mooie vrouwen en zelfs voor koffiefestivals. Allemaal heerlijke dingen die toen nog niet verboden waren en die haar leven hadden veranderd van een slaperig provinciedorp in een metropool met eindeloze avonturen.

Het is nu 15 uur geleden dat mevrouw Ammerlaan voor het laatst koffie dronk. Ze had niet verwacht ouder dan 80 te worden, niet na al die berichten over vroeggestorven koffiedrinkers. Toen ze zag dat het einde van haar voorraad bonen snel in zicht kwam, had ze haar rantsoen teruggebracht naar drie koppen per dag, daarna één per dag. Verzonken in gedachten over oude boekwinkels en olifantenbloed zat ze in de stille diergaarde en vergat ze dat ze ooit koffie had gedronken.

Isidora Penning de Vries studeerde filosofie en antropologie en is nu werkzaam in de duurzame koffie- en cacaohandel. In haar vrije tijd schrijft ze graag verhalen. Twee daarvan zijn samen met proza van andere Rotterdamse schrijvers gepubliceerd in de bundel Vers.

Posted in jong talent, koffiefestival | Tagged , , | Reageren uitgeschakeld

Voordracht 1 koffiefestival Rotterdam

Onlangs presenteerden we drie jonge schrijftalenten op het koffiefestival in Rotterdam. Deze week presenteren we hun teksten. Vandaag Edna Azulay.

In Friedrichshain struikel ik meteen over de ongelijke straatstenen.
Ik loop op een weg die ik niet ken naar een café dat ik niet ken 
waar ik de enige ben die iets bestelt.
Ik drink koffie met te veel melk en te veel suiker want ik houd niet echt van koffie
alleen van het idee.
Ik blader door een boek van een interessante Portugese schrijver 
een boek dat ik heb meegenomen om mezelf een houding te kunnen geven
en ik kijk naar de straten
straten gevuld met mensen die al zo lang zoeken dat ze vergeten zijn waarnaar.
Ik zoek jou
tussen de psychoten in de U-bahn
tussen hun innerlijke dialogen
hun gefronste wenkbrauwen
en de stormen in hun hoofden
Ik stap uit en tel de bomen tot het huis waar je ooit woonde
368 stappen vanaf de wilg die kunstmatig omhooggehouden wordt.
Ik doe dan net alsof ik je al van honderd meter afstand ruik.
Ik las ooit dat dat is wat verliefde mensen doen.
Ik oefen de gesprekken die we dan zouden hebben want
in mijn hoofd heb ik ten minste altijd iets gevats terug te zeggen.
Ik zoek verder
tussen de dealers op Warschauer Straße
tussen de zwervers die er liggen op grote matrassen als pasgeboren puppy’s 
op zoek naar wiet en naar bier.
Ik zoek je in rijen van anderhalf uur
waar in het zwart geklede Duitsers heel goed verbergen hoe graag ze naar binnen willen.
Ik zoek je tussen de ogen van de bouncer die me niet cool genoeg vindt en
Iemand tikt me op mijn schouders.
Hij grijnst en zegt vergeet het liefje
wie hier komt wordt door de nacht verzwolgen.
De stad slokt hen op en ze komen er niet meer uit
eindigen allemaal als scheuren in de straatstenen.
Hij neemt me mee 
naar plekken waar zweet uit het plafond druppelt 
waar niemand alleen naar de wc gaat
Ik vraag hem hoe hij het volhoudt
hij haalt zijn neus op, hij zegt
koffie.
Ik zoek je tussen de grote pupillen en ketaminebenen
tussen neukende mensen in trappenhuizen
in roodverlichte ruimtes
op volgepiste wc’s waar ik je naam zie in iedere mislukte tag.
Ik zoek je tussen de mensen 
de mensen ze krioelen ze bewegen op de maat ze trekken ze voelen ze hebben het voor mekaar ze horen zichzelf ze geilen ze stinken ze pompen ze gaan vreemd ze vallen ze huilen ze kotsen en ze doen maar wat
ze jatten
en ze doen alsof.
Ze stoppen de muziek
ze zoeken
ze zoeken hun tassen
ze zoeken bedden om in te slapen
lijven om in te schuilen
maar jij bent er niet.
Ik drink te veel koffie tot het licht wordt 
voer vier gesprekken tegelijk en nog minstens vijf in mijn hoofd.
Ik weet niet waar ik mijn handen moet laten maar
deze ochtend zitten mijn woorden op de juiste plek
en even geloof ik ook echt dat ik je vergeten ben.
Dat ik vergeten ben 
hoe je ieder donderschichtje op mijn huid langsgaat
hoe je langs mijn lies wrijft
hoe je in mijn nek bijt
totdat hij zijn tong in mijn mond steekt.
Ik proef het verschaalde bier en niets maakt me zo nostalgisch als zoenen die naar bier smaken.
Ik denk aan jou.
Je klopt bij me aan en ruikt naar wodka en bier en pep en zweet en 
een vleugje lavendel van de nacht ervoor
Ik vraag je of je wilt liggen
of dat het misschien beter maakt.
Ik vraag je of je een gesprek wilt.
Je wilt liggen.
Ik vraag je of we de slaapbank moeten uitklappen.
Je schudt je hoofd.
Die spleet is zo vervelend.
Je hebt het koud. Ik geef je een oud shirt.
Je lacht jezelf uit in de spiegel
Je zegt meisje 
dit staat me al net zo slecht als het leven.
Ik zeg dat je het dan maar uit moet trekken en 
leg je in bed met mij als extra deken.
Het geeft niet zeg ik.
Ik heb het hele leven verkeerd aangetrokken 
mijn hoofd door het armsgat gestoken 
en nu zit ik vast
We lachen om ons zelfmedelijden.
We lachen om mijn moeder die iedere ochtend volhardend een kop koffie voor me in de keuken achterlaat.
We gooien de mok leeg.
Bewaren alleen het laatste beetje met de suiker
want ook jij houdt niet van koffie maar
alleen van het idee.
De week met jou is een langgerekte dag.
Ik leer je hoe je avocado’s schilt
jij leert me papieren bootjes vouwen in bad
We drinken koffie met zwangere schepjes suiker en kijken films uit tweeduizend zes totdat we niet meer wakker kunnen blijven.
Als ik mijn ogen open is de tv nog aan.
Ik verwacht je warme adem tegen mijn schouder
een arm om in te knijpen.
Je bent kwijtgeraakt.
Ik zoek door
op de straten gevuld met verdwaalde meisjes
met mascaravegen nog van de nacht ervoor op verder vlekkeloze wangen
met tepels die me tegemoet komen vanachter half doorschijnende hemdjes.
Misschien had ik je nooit binnen moeten laten.
Mijn moeder zei altijd
Instinct heb je
maar verstand dat moet groeien.
Voor verstand ben ik te jong
en instinct is eenvoudig te negeren.
En ik zoek je nog steeds op de straten gevuld met verdwaalde duwende trekkende zuigende bijtende, zich door menigtes heen wurmende bang om iets te missende te veel koffiedrinkende te lang wakkerblijvende mensen
Ik struikel nog een keer over een scheur in de straatstenen van Friedrichshain 
besluit dat jij dat dan maar moet zijn want 
ik zoek niet echt naar jou
alleen naar het idee.

Edna studeert Writing for Performance en schrijft zowel proza, theater als poëzie

Posted in jong talent, koffiefestival, Uncategorized | Reageren uitgeschakeld

De Neven op scheut

De Neven (de striphelden van Strak #1 en Strak #2) zijn ook digitaal geniaal!
Wij van Strak presenteren u: de nieuwe aflevering van De Neven!

Posted in animatie, De Neven, Strak #1, Strak #2, Strip, Uncategorized | Reageren uitgeschakeld

STRAK X EXTRA KAK

Spannend nieuws!
Op 31 oktober verschijnt Strak #6.
Deze Halloween-editie is samenwerking met de EXTRA KAK, indiemagazine van modeontwerper Bas Kosters.
Hiervoor zijn we op zoek naar alles horror.
Het mag suspense à la Hitchcock, bloederig à la Saw of mysterieus à la Lovecraft, als het maar duister is.
Stuur je engste gedicht of bloederigste verhaal voor 24 juli naar redactie {at} straktijdschrift.nl (max 1500 woorden) en wie weet sta jij in ons volgende nummer…

Strak werkt zonder subsidie en wordt graag gelezen. Je kunt onze nummers hier bestellen

Posted in Strak#6 | Reageren uitgeschakeld

Recensie Strak #5 op 8weekly.nl

Gaan met die banaan!

‘Het is de ontregelende sfeer die Strak tot een verrassende uitgave maakt. Over de banaan is van alles te bedenken – grappig, erotisch, gezond, smerig – en de dichters zijn op geen enkele wijze terughoudend in hun bijdrage.’

Aldus 8weekly.nl over de nieuwe Strak

Posted in Lof, Strak#5 | Tagged | Reageren uitgeschakeld

13 januari lancering Strak #5

Wees welkom!

Posted in Strak#5 | Tagged , | Reageren uitgeschakeld

Hoe is het met…?

Cultuurbewust.nl vroeg zich af of we nog bestonden.
‘Jazeker,’ zei hoofdredacteur Elfie.

En ze zei nog een boel meer dat hier te lezen is:

Bedrijfje spelen of guerrilla-actie?

Posted in Uncategorized | Reageren uitgeschakeld